PAARD EN RUITER

PAARD EN RUITER (JAN CALMEYN)

Bij het betreden van de houten promenade rechtover het beeld ‘Sint-Nicolaas’ treffen we een opvallend bronzen beeld aan van een paard met ruiter, die een kind beschermt.

Het is een typisch beeld uit de jaren zeventig van vorige eeuw (1977), de periode van de Koude Oorlog en de atoomdreiging. Dikwijls wordt een paard voorgesteld als een gespierd en heroïsch dier. Dat is hier helemaal niet het geval. Paard, ruiter en kind zijn gedeformeerd, afgetakeld, hangen met flarden aan elkaar en gaten zijn zichtbaar. Maar de houding is expressief en drukt een uitzichtloze situatie uit. ‘Paard en Ruiter’ is een symbool voor de existentiële angst van de moderne mens, zoals die ook is weergegeven in het bekende schilderij ‘Guernica’ van Picasso. Het paard trekt de aandacht naar zich toe, het is de uitdrukking van de totale wanhoop. ‘Paard en Ruiter’ is een van de vroege werken van Jan Calmeyn. Later evolueren zijn beelden in de richting van de abstractie.

Het beeld is gemaakt uit lappen was die aan mekaar gesmolten worden. Deze bewerking moet uitgevoerd worden in een koele ruimte om de gewenste vorm te behouden. De lappen en naden zijn duidelijk zichtbaar gebleven, wat het onnatuurlijke, het artificiële van deze sculptuur benadrukt. Het klassieke boetseren en in vorm gieten is hier niet toegepast. Voor kleine formaten is deze techniek heel gebruikelijk maar voor grotere afmetingen, zoals deze, eerder uitzonderlijk.

Jan Calmeyn kapt zijn eerste werken direct uit steen. Nadien verkiest hij het boetseren in klei. Van zijn ontwerpen maakt hij polyester afgietsels, die hij zilver- of metaalkleurig patineert. Vanaf 1975 laat hij zijn in was gemodelleerde ontwerpen in brons gieten met de verloren wastechniek, omdat de mogelijkheden bij het gebruik van polyester te beperkt zijn.

 

CALMEYN Jan (1942)
Jan Calmeyn is een beeldhouwer uit Sint-Niklaas. Hij is een laatbloeier want hij begint pas met beeldhouwen als hij 33 is. Wint in 1975 de ‘Prijs van de Provincie Oost-Vlaanderen’ met ‘Ramses I’. In 1977 ontvangt hij een eervolle vermelding met geldprijs in de Wedstrijd Mark Macken. In 1981 wordt hij laureaat op de Triënnale voor Kleinsculptuur in Boedapest.

 

Kunst in de Stad, 18 juni 1983